Op 28 april werd ik om vijf uur ’s ochtends in de foxhole wakker.
Goedemorgen iedereen: tijd om het anker op te pompen! Een half uurtje later was het anker omhoog en met een heel kleine windje trokken we op en neer in de baai van Douarnenez. We zijn hier gestopt omdat we al 5 weken op zee waren en de wind in het kanaal niet zo goed was (overstag gaan met lichte wind) en we bijna geen voedsel meer hadden. Onze goede vrienden Remi en Liz hebben de proviand voor ons verzorgd (bedankt!) En de crew van Tres Hombres kon een paar dagen slapen.
Een paar uur nadat het anker was opgepompt, stroomde de stroom de baai weer uit en begon de wind langzaam toe te nemen. Ook werden de regens steeds heviger. Acht uur later waren we uit de baai overstag gegaan met een westelijke wind heen en weer tussen Cap du Raz en Ile d’Ouessant. Zware stromingen maakten het een heel bijzondere navigatie. Nog eens 10 uur later nam de wind toe en trok hij zich terug van west naar zuidwest. Met deze wind konden we de zuidkant van Ile D’Ouessant bereiken, maar de stromingen kwamen van noord naar zuid, dus we konden er niet omheen. Vanavond rond 4 uur veranderde de getijstroom en konden we rond het eiland gaan om de zeilen te zetten en uiteindelijk het kanaal in te zeilen.
Ik wist dat dit de perfecte timing was, want een laag dieptepunt zou een wacht later over ons heen komen. Regen, regen, regen en 30 knopen wind van het ene op het andere moment. Dus moesten we ons schrap zetten en het schip een gijp laten maken.
Nu zeilen, of beter surfen we in het kanaal, met tussen de 6,5 en 10 knopen (weer afhankelijk van stroming) in de goede richting. Zoals we in Nederland zeggen: Het paard ruikt de stal!
We kijken er zó naar uit om onze families en vrienden te zien, zelfs als we anders moeten handelen met de 1,5 m-regel.
Nog een paar dagen op zee, het allerbeste.
Wiebe Radstake